Gele bloemhoofdjes (Ø 20-30 mm) met alleen lintbloemen, aan de top gewimperd, 2-12 bijeen in een losse pluim. Omwindsel met veel klierharen.
Stengel rechtop, vertakt vooral in de onderste helft, tot 60 cm hoog.
Bladeren met veel klierhaartjes. Stengelbladeren zittend, met hartvormige voet en zwak getande rand. Rozetbladeren aanwezig tijdens de bloei met breed gevleugelde steel.
Groeit op stenige hellingen en rotsen in Midden- en Zuid-Europa. In Nederland op oude muren en walkanten, vooral in Limburg. Bloeitijd juni - juli.
NRL 2012: gevoelig.
Fam.: Asteraceae (Compositae, Samengesteldbloemigen)