Geelgroene bloemen in een vertakte, losse, schermachtige pluim. De kroonblaadjes vallen snel af, maar de talrijke roze meeldraden geven het aanschijn van bloemen.
Stengel rechtop, vertakt, tot 1,5 m hoog.
Bladeren dubbel 3-tallig met rondachtige tot ruitvormige, gelobde deelblaadjes.
Groeit op vochtige, kalkrijke grond in bossen en weiden.
In Nederland vooral als tuinplant, zelden verwilderd. Oorspronkelijk uit Midden-, Zuid- en Oost-Europa. Bloeitijd mei - juni.
Familienaam: Ranunculaceae