Alleenstaande, witte of roze bloemen (Ø ca. 25 mm) met 5, tot trechter vergroeide kroonblaadjes, in de bovenste bladoksels.
Stengel kruipend en tegen de klok in windend, tot 90 cm lang.
Bladeren smal pijlvormig, met gave, golvende rand.
Groeit op stikstofrijke bodem, akkers, onkruidruigten, slootkanten, graslanden en wegbermen. Bloeitijd mei - oktober.
De bloemen sluiten vroeg in de middag. Algemeen in heel Europa. Oud geneeskruid.
Familienaam: Convolvulaceae