Grote, blauwpaarse eindstandige bloemen, 1-3 per steel, naar de voet toe wit en geel, met paarse aderen.
Stengel rechtop, soms vertakt tot 90 cm hoog.
Stengelbladeren meestal 2, smal zwaarvormig, grondstandige bladeren lang, zwaardvormig, tot 2-6 mm breed.
Groeit op kalkrijke, vochtige bodem in Oost- en Midden-Europa. In Nederland zeer zeldzaam (exoot).
Fam: Iridaceae