Kleine bleekpaarse bloemetjes in een langgesteelde dichte aar. De bloemetjes zijn omwikkeld door een schutblad dat boven in de aar tot 15 mm lang kan worden.
Lage struik, tot 100 cm hoog. Stengel rechtop, onderaan houtig, bovenaan vierkant en voelt ruwviltig aan.
De bladeren zijn langwerpig smal met duidelijk herkenbare getande rand.
Groeit op rotsachtige droge bodem. Inheems in Noord-Afrika en Zuidoost Spanje. In de rest van Europa gekweekt als sierplant. Bloeitijd maart - augustus.
De plant heeft een sterk aromatische geur.
Fam: Lamiaceae (Labiatae)