Groot blaasjeskruid

Vrij grote, gele 2-lippige bloemen (15 mm lang), met oranjeroodgeaderde tekening op het gehemelte en de onderlip met teruggeslagen randen, in een losse tros.
Bloeistengel boven water, roodbruin aangelopen, de rest van de plant is ondergedoken. Tot 2 m lang.
Bladeren meervoudig geveerd met lijnvormige deelblaadjes en een groot aantal vangblaasjes.
Groeit in stikstofhoudend water. Bloeitijd juni - september.
Vrij algemeen in het laagland in laagveen- en rivierkleigebeiden, elders zeldzaam.
Vleesetend: de vangblaasje klappen open bij aanraking en zuigen kleine waterbeestjes naar binnen.
Ook "Gewoon blaasjeskruid" genoemd.
Lijkt veel op Loos blaasjeskruid, waarmee het vaak verward wordt, dat echter geen vruchtes vormt.
Fam.: Ultriculariaceae (Blaasjeskruidfamilie).