Klimop

Kleine, bleek groen-gele bloemetjes met 5 teruggeslagen kroonblaadjes in bolvormige schermen. 
Klimmende stengel houtachtig, vertakt, met hechtwortels, tot 20 m lang, liggende stengels kruidachtig.
Bladeren glanzend donkergroen met lichtgekleurde nerven, 3-5-lobbig handvormig met 3-5 lobben of breed ovaal tot ruitvormig aan de bloeistengels. 
Groeit op beschaduwde plaatsen, in bossen, op rotsen en tegen muren op vochtige bodem. Bloeitijd augustus - november.
Na de bloei vormen zich zwarte, besachtige vruchten. Giftig.
Fam: Aliariaceae

Wetenswaardigheden

De plant bloeit pas vanaf het 8e levensjaar en kan honderden jaren oud worden.
Vanwege het late bloeien is klimop in het najaar een goede nectarbron voor bijen en vlinders, en juist in het voorjaar zijn de vruchten voeding voor vogels.
In de natuur kun je ook nog verwilderde soorten tegenkomen, zoals Hedera hiberica, Atlantische klimop, en recentelijk Hedera colchica, zonder Nederlandse naam.
Geneeskruid. Klimop heeft geneeskrachtige eigenschappen, maar omdat hij giftig is, wordt hij voornamelijk gebruikt voor uitwendige toepassing.
De plant verhoogt de bloeddoorstroming van de huid, werkt pijnstillend, is schimmelwerend en antibacterieel. Daarom kan de plant ingezet worden bij artrose en artritis, (zenuw-)pijn, jeuk, zweren, lichte brandwonden of zonnebrand.
In de kruidenmagie en hekserij brengt klimop geluk voor vrouwen en bruiden, beschermt de plant tegen negativiteit en wordt het gebruikt in liefdes- en trouwbezweringen.