Kleine trompetvormige donkerblauwpaarse bloemetjes in een dichte aar. De schutblaadjes bovenaan de bloeiaar zijn opvallend groot en purperrood.
Lage struik. Stengel houtachtig oprijzend, tot ca. 100 cm. hoog.
Bladeren grijsgroen, smal lijnvormig en viltachtig. De plant heeft een zeer aromatische geur.
Ook "Franse Lavendel" genaamd.
Groeit op droge rotsachtige bodem en in naaldboombossen in het Middellandse Zeegebied. Bloeitijd maart - juni.
In Nederland alleen verwilderd. Zeer zeldzaam.
Fam: Lamiaceae (Labiatae)