Gele bloemen (Ø 5-10 mm) met 5 uit elkaar staande kroonblaadjes die kleiner zijn dan de kelkblaadjes, in de bladoksels en in bebladerde bijschermen aan het einde van de steel.
Stengel liggend en opstijgend, niet wortelend op de knopen, tot 45 cm lang.
Bladeren meervoudig veerspletig of geveerd met diep gezaagde deelblaadjes, aan de onderzijde groen.
De plant is zacht, afstaand behaard.
Groeit op open, vochtige plaatsen, langs rivieren en op omgewerkte grond. Vrij zeldzaam in Nederland.
Bloeitijd juni - september.
Fam.: Rosaceae