Lichtblauwe of -paarse, soms ook witte trompetvormige bloemen met 5 uitstaande slippen in eindstandige trossen.
Stengel klimmend, tot 4 m lang.
Bladeren in kransachtige groepjes, omgekeerd eirond of spatelvormig met gave of licht golvende rand.
Oorspronkelijk uit Zuid-Afrika.
Groeit op droge, rotsachtig bodem. In Nederland alleen als sierplant. In het Middellandse Zeegebied soms verwilderd.
Wordt ook 'Loodkruid' genoemd.
Fam: Plumbaginaceae