Crèmewitte of lichtgele bloemen (Ø 10-16 mm) met 5 wit-wollig behaarde meeldraden en knopvormige stempel, in lange trossen.
Stengel kantig, behaard op de hoekranden, rechtop en vooral bovenaan sterk vertakt, melig, tot 150 cm hoog.
Bladeren bovenaan zittend, langwerpig eirond tot lancetvormig, met gekartelde rand, grijsviltig aan de onderzijde. Rozetbladeren groot, aan de voet versmald in een korte steel.
Groeit op zonnige plaatsen, op kalkhoudende bodem. Bloeitijd juni - september. Zeldzaam in Nederland.
Fam: Scrophulariaceae