Bloemhoofdjes (Ø 15-20 mm) met witte lintbloemen en gele buisbloemen, in een losse, schermachtige pluim.
Stengel sterk vertakt, rechtop, tot 60 cm hoog.
Bladeren veerdelig, enigszins fluweelachtig. Deelblaadjes gelobd tot veerspletig.
Groeit op bermen en onkruidruigten in ruderale gebieden. Bloeitijd mei - augustus. Algemeen.
Inheems in Zuid-Europa. In Nederland aangeplant als sierplant en verwilderd.
Ruikt sterk.
Fam: Asteraceae (Compositae)
Wetenswaardigheden
Oorspronkelijk komt Moederkruid uit de Balkan en Klein-Azië, maar al in de tijd van de Grieken werd de plant over Zuid-Europa verspreid.
Moederkruid is een oud geneeskruid en wordt vooral aangewend bij hoofdpijn en migraine.
Volgens de magie beschermt het kruid wanneer je het bij je draagt, tegen griep, verkoudheid en onheil..