Kleine, bleeklila viooltjes (5-6 mm) met donker geaderde kroonblaadjes, kelkblaadjes met stompe top en recht spoor.
Stengel rechtop, onbebladerd, tot 10 cm hoog.
Bladeren wortelstandig, glanzend, rondachtig tot niervormig met fijn gekartelde rand.
Groeit op zure, natte bodem. Vrij algemeen in heel Europa. Bloeitijd april - mei.
Fam: Violaceae