Witte bloemen (Ø 10-13 mm) met 4 kroonblaadjes, in schermachtige trossen.
Stengel rechtop, vaak wat roodachtig aangelopen, tot 15 cm hoog.
Grondbladeren gesteeld, spatelvormig tot 3-lobbig ingesneden. Stengelbladeren veerspletig, stengelomvattend aan de voet met kleine oortjes. Met gave rand.
Hauwen smal, 12-22 mm lang.
Groeit op kalkvrije, steenachtige bodem, in de bergen van 1000 tot 3200 m hoogte in de midden- en zuidelijke Alpen.
Fam.: Cruciferae (Kruisbloemigen)