Witachtige lipbloemen met smalle bovenlip en 3-lobbige onderlip, in schijnkransen.
Stengel rechtop, vierkantig, tot 25 cm hoog.
Bladeren onderaan eirond met gekartelde rand, bovenaan lancetvormig met bijna gave rand.
De plant is duidelijk behaard.
Groeit op droge bodem, op onkruidruigten en droge weilanden, voornamelijk in Zuid-Europa, tot een hoogte van 1800 m. In Nederland zeldzaam.
Wordt aangewend in kruidenthee.
Fam: Lamiaceae (Labiatae)