Kleine gele, trompetvormige, geurende bloemetjes (Ø 2-4 mm) met 4 kroonslippen, in een veelbloemige pluim.
Stengel kruipend en opgericht, vertakt, met 4 fijne ribben, tot 120 cm hoog.
Bladeren lijnvormig, in 8-12 tallige kransen, aan de onderkant wittig.
Ook "Echt walstro" genoemd.
Groeit op zandige of rotsachtige bodem, op droge graslanden en weiden. Bloeitijd mei - september. Algemeen.
Fam: Rubiaceae (Sterbladigen)
Wetenswaardigheden
Geel walstro werd aangewend in de kaasmakerij voor het stremmen van de melk. Uit de bloemen en de wortel worden kleurstoffen gewonnen.
Ook is het een oud geneeskruid. Het zou vocht- en zweetafdrijvend, krampwerend en kalmerend werken.
In de kruidenmagie wordt Geel walstro gebruikt om de liefde aan te trekken.