Gele bloemen (Ø 15 - 20 cm) met 4 kroonblaadjes en recht afstaande kelkblaadjes, in trossen. De bloemknoppen zijn wat hoekig.
Stengel rechtop, vertakt, roodachtig aangelopen bij de zijtakken, tot 120 cm hoog.
Bladeren diep gelobd, liervormig veerdelig met onregelmatig gezaagde of getande rand.
Hauwen bijna recht afstaand, behaard met afgeplatte zwaardvormige snavel.
Groeit op onkruidruigten en langs wegen. Bloeitijd mei - juli.
Zeer algemeen. Oorspronkelijk uit Zuid-Europa.
Wordt ook 'Gele mosterd' genoemd.
Fam: Brassicaceae (Cruciferae, Kruisbloemigen)
Wetenswaardigheden
Witte mosterd wordt wel gebruikt als geneeskruid. De fijngewreven witte zaden of verdunde olie uit de zaden kunnen worden toegepast op de huid bij spierpijn, gewrichtspijn, fibromyalgie, zenuwpijn of rugpijn, of ook bij koude voeten. Het heeft namelijk de eigenschap de bloedvaten te verwijden en daarmee de lokale bloeddoorstroming te bevorderen.
Witte mosterd wordt gekweekt als voederplant, om de zaadjes of als groenbemester