Goudgele bloemhoofdjes (Ø 20 - 25 mm) met 12-15 straalbloemen, maar soms ook alleen maar buisbloemen, in een schermvormige pluim. De buitenste omwindselblaadjes hebben meestal een zwart topje.
Stengel rechtop, gegroefd, vertakt, vaak paarsig aangelopen, tot 100 cm hoog.
Stengelbladeren half-stengelomvattend, veerdelig met smalle, onregelmatig gelobde of getande slippen, aan de onderzijde grijsviltig. Grondbladeren eirond tot liervormig, meestal al verwelkt tijdens de bloei.
Groeit op matig voedselrijke bodem, op droge graslanden, wegbermen en bosranden. Bloeitijd juni - september. Algemeen.
Fam: Asteraceae (Compositae)
Wetenswaardigheden
Jakobskruiskruid is giftig, zowel voor mens als dieren bij consumptie. Grote grazers zullen deze plant onder normale omstandigheden mijden.
Volgens de kruidenmagie biedt het kruid bescherming tegen kwade betoveringen. De Grieken droegen het kruid daarom bij zich in een amulet.