Roodpaarse, rondachtige bloemhoofdjes (Ø 20-30 mm) met gefranjerde buisbloemen en daartussen lange stroharen, 1-5 bijeen in kluwens aan de stengeltop. Omwindsel met aan de top afstaande en gestekelde, smalle blaadjes.
Stengel bovenin vertakt, 30 tot 120 cm hoog, met 4-5 gekroesde stengelvleugels, bezet met zachte, tot 3 mm lange stekels
Bladeren langwerpig, diep veerdelig tot veerspletig, onregelmatig getand, met stekelige toppen. Onderzijde nauwelijks tot wat viltig behaard op de nerven.
Groeit op omgewerkte grond. Bloeitijd juli - september. Algemeen.
Fam.: Asteraceae (Compositae)