PDFPrintE-mailadres
 

Mierikswortel

Armoracia rusticana
 
 
 
 

Witte bloemen (Ø 10 mm) met 4 kroonblaadjes, die paarsgewijs tegenover elkaar staan, in veelbloemige pluimen.
Stengel rechtop en vertakt, 60-120 cm hoog.
Wortelbladeren zeer groot, langgesteeld en eirond, met getande rand. Stengelbladeren smal eirond of lancetvormig, met gezaagde, getande of gave rand.
Groeit op zonnige plaatsen op vochtige bodem. Vrij zeldzaam in Nederland en België. Bloeitijd mei - juli.
De wortel is een dikke penwortel.
Fam.: Brassicaceae.

Wetenswaardigheden

De wortel van de Mierikswortel wordt sinds de Oude Grieken gebruikt als keukenkruid. Bij het raspen komen stoffen vrij met een scherpe smaak, die met zuur (zoals azijn) worden gestabiliseert. In de Midden- en Oost-Europese keuken staat het bekend als crèn, kren of chrein en wordt het gegeten bij gekookt vlees, vis of in streekgebonden gerechten.
Heden ten dage wordt Mierikswortel nog altijd gezien als een geneeskruid met slijmoplossende eigenschappen en daarmee toepasbaar bij hoest, heesheid, verkoudheid en neusverkoudheid. De bitterstoffen in Mierikswortel stimuleren de spijsvertering en eetlust (anorexia) en kalmeren de darmen (winderigheid). Uitwendig gebruikt versterkt het de bloeddoorstroming en kan het worden gebruikt bij reumatische aandoeningen, waaronder artrose en artritis, spierpijn of jicht, of bij winterhanden- of voeten.
In de kruidenmagie zal het uitstrooien van fijngemalen Mierikswortel beschermen tegen alle kwaad of kwade betoveringen.