Stijve zonnebloem

Grote gele eindstandige bloemen (Ø 60 - 80 mm) met kleine buisbloemen in het centrum en 20-30 straalbloemen, op lange bloemstelen. Omwindsel met smalle spitse blaadjes.
Stengel rechtop en vertakt, ruw behaard, tot 2,5 m hoog.
Bladeren lancetvormig, met een hoofdnerf en 2 duidelijke zijnerven, onderaan tegenoverstaand, boven verspreid, de bovenste bladeren duidelijk kleiner dan de onderste. Bladrand en nerven ruw behaard.
Plant zich voor met wortelstokken (geen wortelknollen en onderscheidt zich daarin van de aardpeer)
Groeit op vochtige, voedselrijke bodem op ruderale plaatsen en onkruidruigten. Bloetijd: juli - oktober.
Oorspronkelijk uit Noord-Amerika en aangeplant als sierplant en vrij zeldzaam verwilderd. 
Fam.: Asteraceae (Compositae, Samengesteldbloemigen).