Glanzende, grote, alleenstaande bloemen (Ø 30-40 mm), met talloze smalle helderroze kroonblaadjes en een crèmekleurig hart.
Stengel liggend en rechtop, sterk vertakt, tot 12 cm hoog.
Bladeren tegenoverstaand en zittend, driekantig, vlezig, lichtgroen, met gave, vaak roodachtig aanlopende rand.
Groeit op zonnige plaatsen in dichte tapijten op rotsachtige bodem in de kustgebieden van de Middellandse zee. Bloeitijd april-juli. Niet in Nederland.
Oorspronkelijk uit Zuid-Afrika maar inmiddels verwilderd in het Middellandse Zeegebied.
Wordt ook Hottentotvijg genoemd.
Fam.: Aizoaceae