Geurende, donkerroze trompetvormige bloemetjes met 5 uitstaande slippen in een hangende tros.
Tot 3 meter hoge struik.
Bladeren handvormig met 3-5 lobben en gezaagde rand.
Bloeitijd maart - mei.
Oorspronkelijk uit Noord-America, begin 19e eeuw in Europa geïntroduceerd. Veelvuldig aangeplant in tuinen en verwilderd.
Ook 'Siertrosbes' genoemd.
Fam: Grossulariaceae