Kleine bleekgroene bloemetjes op een 2cm hoge bloeikolf (spadix,) omgeven door een in een punt uitlopend schutblad dab van binnen wit en aan de buitenkant bleekgroen is.
Stengel rechtop, zonder bladeren en onvertakt, tot 30 cm hoog.
Bladeren grondstandig, pijl- of hartvormig, eniszins vlezig, met gladde rand, op lange, stevige bladstengels.
Na de bloei rijpen in het najaar rode bessen op de kolf die zeer giftig zijn.
Groeit in op zonninge plaatsen op voedselrijke, moerassig bodem in en langs het water. Bloeitijd mei - september.
Plant zich vooral voor via de in de modder groeiende wortelstok.
In Nederland en Belgiƫ vrij zeldzaam. Wordt wel aangeplant in vijvers. Exoot. Wettelijk beschermd in Belgiƫ.
Familienaam: Araceae (Aronskelkfamilie)